Vaste telefoon

Signaalpatroon

Zodra de telefoonzender wordt geactiveerd door een inkomende oproep of een accessoire, gebeurt het volgende:

  1. Het indicatielampje op de telefoonzender gaat branden als er een signaal naar de ontvanger wordt verstuurd.

  2. Het Visit-indicatielampje op de ontvanger gaat branden en de ontvanger gaat geluid maken, knipperen of trillen in een bepaald tempo, het zogenaamde signaalpatroon.

Het signaalpatroon wordt bepaald door de telefoonzender en de aangesloten accessoires. Het standaardpatroon is als volgt:

Bron: vaste telefoon

Signaal van de zender  
Indicatielampje groen, boven
   
Signaal van de ontvanger  
Indicatielampje geel licht
Geluid × beltoon, lage toon
Trilling gemiddeld
Knipperen ja
   

Bron: mobiele telefoon

Signaal van de zender  
Indicatielampje groen, boven
   
Signaal van de ontvanger  
Indicatielampje knippert geel
Geluid × beltoon, hoge toon
Trilling gemiddeld
Knipperen ja

Het signaalpatroon wijzigen

Als u het signaalpatroon wilt aanpassen, gaat u voor uitleg naar de Het signaalpatroon wijzigen.